En opeens was het een 'hot-topic' bij de stadsregering van GroenLinks tot en met VVD: het strafbaar stellen van straatintimidatie. Het college van B&W richt zich dan met name op (jonge) vrouwen die overlast ervaren op straat door bijvoorbeeld sissen en schelden of seksistische uitspraken.
Vragen van de Onafhankelijke Partij Alkmaar over hoe groot het probleem nu in Alkmaar was werden weggezet als niet terzakendoend. Het college gaat een meldpunt oprichten, straatintimidatie strafbaar stellen in de APV en daarna een onderzoek doen naar hoe groot het probleem is. OPA had liever de volgorde andersom gezien. Of is het door het college ronkend aangekondigde beleid tot strafbaar stellen van straatintimidatie gewoon een tandeloze tijger?
In Rotterdam is het beleid om straatintimidatie strafbaar te stellen ingevoerd in 2017 en recent door de Erasmus universiteit geëvalueerd. Kern uit de evaluatie is: het aantal mensen dat zich geïntimideerd voelt is in jaren gestegen van 44 naar 47 procent, en de rechter heeft een streep gezet door toch al sporadisch opgelegde boetes (slechts 12 in Rotterdam in 2 jaar), onder het motto dat dit vrijheid van meningsuiting is. Hiervoor hadden juristen Rotterdam al eerder gewaarschuwd. In het uitgebreide artikel in de Volkskrant van zaterdag 10 juli jl. werd, op basis van deze evaluatie, het beleid van de gemeente Rotterdam betiteld als een tandeloze tijger.
In Rotterdam zit dezelfde coalitie als in Alkmaar: VVD t/m GroenLinks. Dat maakt de samenwerking tussen deze twee steden natuurlijk heel eenvoudig. Wij gaan ervan uit dat het collegw voor de aangekondigde invoering van het beleid tot straatintimidatie contact heeft gehad met uw collega’s in Rotterdam.
Wij hebben de volgende vragen aan het college in het kader art 42 RvO:
Met vriendelijke groet,
Victor Kloos
Onafhankelijke Partij Alkmaar.