Binnen de brandweer spelen een aantal zaken die ons niet bekend zijn.
In de afgelopen weken hebben wij diverse brandweermensen (beroeps en vrijwilligers) gesproken over de huidige gang van zaken binnen de brandweerorganisatie. Er bestaat de indruk bij de medewerkers dat er belangrijke zaken ‘onder de pet’ gehouden wordt terwijl dit bekend behoort te zijn bij het gemeentebestuur. Volgens de brandweermensen komt er eenzijdige en gekleurde informatie naar buiten.
De vrijwillige brandweer, die bestond 10 jaar geleden nog uit 70 brandweermensen en is nu teruggebracht naar maximaal 34 brandweermensen waarvan er nog maar 26 inzetbaar zijn.
Wij willen onze controlerende taak goed kunnen uitvoeren en daarom willen wij up-to-date geïnformeerd worden over wat er speelt binnen de brandweer en wat de knelpunten zijn.
De Onafhankelijke Partij Alkmaar heeft daarom de volgende artikel 42 vragen aan het college;
1. De vrijwillige brandweer bestond 10 jaar geleden nog uit 70 personen, nu bestaat de vrijwillige brandweer Alkmaar nog maar uit 34 personen. Zou een uitbreiding van de vrijwillige brandweer naar de oude sterkte niet de nodige bezuiniging opleveren? Of waren er dringende redenen om over te schakelen naar beroepsbrandweermensen? Zo ja dan ontvangen we daar graag een onderbouwing van met voorbeelden.
2. Van de 34 formatieplaatsen zijn 26 brandweervrijwilligers actief inzetbaar, de overige vrijwilligers zijn door verschillende redenen niet actief of inzetbaar. Vindt het college dat deze lage beschikbaarheid nog voldoende is om de veiligheid van Alkmaar te kunnen garanderen?
3. Van de 26 inzetbare brandweervrijwilligers hebben diverse mensen een dubbelfunctie, hierdoor is de inzetbaarheid van deze brandweervrijwilligers flink beperkt. Wij zien de oplossing van deze ongewenste beperking niet in het ontnemen van de dubbelfunctie maar in de uitbreiding van de formatieplaatsen voor brandweervrijwilligers, is het college dat met ons eens?
4. Kan het college bevestigen dat in meer dan 25% van de gevallen de vrijwillige brandweer niet uitrukt in verband met onderbezetting? Dit lijkt ons een ongewenste ontwikkeling, kan het college dit bevestigen en aangeven hoe dit opgelost gaat worden?
Ieder jaar waren er tijdens de jaarwisseling brandweervrijwilligers gekazerneerd op de brandweerkazerne van Alkmaar, dit om de uitruktijden te garanderen en tevens om de brandweermensen niet onnodig door de het vuurwerk te laten rijden na een alarmering rond 24:00 uur. Tijdens de afgelopen jaarwisseling waren de brandweervrijwilligers ineens niet meer welkom op de kazerne en moesten ze thuis de alarmeringen afwachten. Omdat er maar 4 brandweervrijwilligers hiertoe bereid waren stonden er cruciale brandweervoertuigen buiten dienst. Het redvoertuig (hoogwerker) en o.a. het hulpverleningsvoertuig (HV) (redvoertuig bij ongevallen). Er was 1 brandweervoertuig met een 6 mans beroepsbezetting en een brandweervoertuig met een 4 mans vrijwilligersbezetting inzetbaar, deze vrijwilligers waren vanuit huis beschikbaar. De overige voertuigen stonden allemaal buiten dienst in verband met onderbezetting. Bij een incident zou de hoogwerker uit Heerhugowaard moeten komen terwijl het HV voertuig dan uit Schagen zou moeten komen.
Wij vinden dit een zeer ongewenste situatie en horen graag een reflectie van het college op deze situatie.
5. Was het college op de hoogte van bovengenoemde onderbezetting? Kan het college bovengenoemde bevestigen? Wat is de reactie van het college op bovenstaande? We ontvangen graag een inhoudelijke reactie.
6. De hybride organisatie, waarin was opgenomen dat de brandweervrijwilligers betrokken zouden blijven bij de eerstelijs uitruk is door de organisatie eenzijdig opgezegd. Door deze maatregel is het enthousiasme van de brandweervrijwilligers sterk afgenomen. Is dit bij het college bekend? Kan het college hier op reageren?
7. De opleiding van nieuwe brandweervrijwilligers staat ernstig onder druk doordat er veel te weinig opleidingscapaciteit beschikbaar is waardoor nieuwe brandweermensen de eerste 2 jaar niet (volledig) inzetbaar zijn. De wachttijd voor een brandweeropleiding is inmiddels opgelopen naar meer dan een jaar. Graag horen wij van het college hoe dit opgelost gaat worden.
8. Kan het college aangeven waarom de gemeenteraad niet actief is geïnformeerd over bovenstaande?
Uit de gevoerde gesprekken kwam naar voren dat de vele wisselingen in het managent, de Alkmaarse postcommandanten, teamcommandant en plaatsvervangend teamcommandant en de regionaal commandant allen minder dan 2 jaar actief zijn in Alkmaar. Deze constatering zou kunnen duiden op een mindere binding met de Alkmaarse brandweerorganisatie.
Het gevoel bij de brandweervrijwilligers leeft dat het ingezette beleid de vrijwilligers in de toekomst niet meer nodig heeft.
9. Graag vernemen wij een reactie van het college op bovenstaande.
In afwachting van uw beantwoording,
Met vriendelijke groet,
Jan Hoekzema
Onafhankelijke Partij Alkmaar
