Sociale koopwoningen zijn bedoeld om betaalbaar wonen mogelijk te maken voor huishoudens met een midden- of laag inkomen. Echter, in de praktijk is gebleken dat deze woningen soms door investeerders zijn opgekocht en vervolgens tegen hoge prijzen zijn verhuurd. Ook is het op dit moment mogelijk dat huishoudens, ongeacht inkomen of vermogen en die niet tot de doelgroep behoren, sociale koopwoningen kunnen kopen. Dit leidt ertoe dat sociale koopwoningen niet terechtkomen bij de beoogde doelgroep en feitelijk uit de sociale woningvoorraad verdwijnen.

Momenteel ligt de selectie van kopers bij marktpartijen, maar uit recente ervaringen blijkt dat dit niet altijd leidt tot het gewenste resultaat. De vraag rijst dan ook of de gemeente Alkmaar niet zelf instrumenten moet inzetten om de toegankelijkheid van sociale koopwoningen voor de juiste doelgroep te borgen. De gewijzigde Huisvestingswet (2023) biedt mogelijkheden om dit te reguleren, bijvoorbeeld via een verplichte huisvestingsvergunning en strengere handhaving van de zelfbewoningsplicht.

Gezien het belang van betaalbare koopwoningen en het borgen van sociale koopwoningen voor de doelgroep, stelt de Onafhankelijke Partij Alkmaar de volgende vragen aan het college:

  1. Is het college het met de Onafhankelijke Partij Alkmaar eens dat het ethisch niet juist is dat ontwikkelaars sociale koopwoningen kopen en deze vervolgens voor hoge prijzen verhuren?
    a) Zo niet, waarom niet?

  2. Hoeveel sociale koopwoningen in Alkmaar zijn de afgelopen vijf jaar gekocht door investeerders en vervolgens tegen hoge prijzen verhuurd?
    b) En hoe vaak is er een sanctie opgelegd?

  3. Hoe wordt momenteel toezicht gehouden op de naleving van de zelfbewoningsplicht bij sociale koopwoningen, en welke sancties worden toegepast bij overtreding?

  4. Is het college het met ons eens dat de selectie van kopers door marktpartijen niet altijd de gewenste uitkomst heeft en dat aanvullende gemeentelijke sturing noodzakelijk kan zijn?

  5. Hoeveel nieuwgebouwde sociale koopwoningen in Alkmaar zijn de afgelopen vijf jaar bewoond door huishoudens die niet tot de doelgroep behoren?

  6. Welke mogelijkheden ziet het college om een huisvestingsvergunning in te voeren voor sociale koopwoningen, zodat alleen huishoudens uit de beoogde doelgroep in aanmerking komen?

  7. Is het college bereid om een voorstel aan de raad voor te leggen waarin de Huisvestingsverordening wordt aangepast, zodat een huisvestingsvergunning voor sociale koopwoningen verplicht kan worden gesteld?
    a) Zo ja, op welke termijn?
    b) Zo nee, waarom niet?

  8. Op welke wijze kan de gemeente handhaving en controle op sociale koopwoningen verbeteren, bijvoorbeeld door systematische nacontroles of samenwerking met hypotheekverstrekkers?

  9. Kan het college garanderen dat het borgen van sociale koopwoningen voor de juiste doelgroep expliciet wordt opgenomen in de aankomende Woonvisie?
    a) Zo niet, waarom niet?


Wij zien de beantwoording van deze vragen met belangstelling tegemoet.

 

Namens de fractie van de Onafhankelijke Partij Alkmaar,

Gino Zucotti

Raadslid Onafhankelijke Partij Alkmaar